de loep
we eigenlijk elk jaar griep krijgen en waarom helpt de griepprik niet altijd? Jaap van Dissel,
hoogleraar interne geneeskunde en hoofd infectieziektebestrijding bij het RIVM, legt het uit.
Beeld: Van Lennep
Het aantal griepgevallen neemt
af naarmate de leeftijd toeneemt.
Volgens het vakblad PLOS Biology
krijgen volwassenen vanaf hun
dertigste gemiddeld twee keer
per tien jaar griep.
Griep is een luchtweginfectie die
veroorzaakt wordt door een virus.
De meest voorkomende symptomen zijn: koorts, koude rillingen, hoofdpijn, spierpijn en een droge hoest.
Zowel het virus zelf als je eigen
afweersysteem zorgt voor de pijn en lamlendigheid bij griep. Het lichaam verweert zich tegen het virus met een ontstekingsreactie, wat koorts en spierpijn veroorzaakt.
Wordt een bovengemiddeld aantal
mensen ziek, dan spreken we van
een epidemie. Een pandemie is een wereldwijde epidemie.
Het enige bewezen middel tegen griep is vaccinatie (de griepprik). Het lichaam reageert op de prik door afweerstoffen te maken tegen het griepvirus. Ook worden
er lichaamscellen tegen griep geactiveerd. Krijg je toch griep, dan word je minder ernstig ziek.
Veel mensen verwarren verkoudheid
met griep. Symptomen van verkoudheid
zijn: een loopneus, niezen, waterige ogen
en keelpijn. Deze symptomen zijn beperkt
tot het bovenste deel van de luchtwegen. Griep gaat gepaard met hoge koorts
en spierpijn.
De meest voorkomende complicaties van griep zijn bronchitis en longontsteking. Het griepvirus maakt een schaafwondje aan de binnenzijde van de luchtwegen, iets waar bacteriën graag gebruik van maken om uit te groeien. In ernstige gevallen is ziekenhuisopname noodzakelijk.
In de 20e eeuw waren er ernstige pandemieën in 1918 (Spaanse griep), 1957 (Aziatische griep) en in 1968 (Hongkong-griep). In 2009 deed zich een minder ernstige pandemie voor met influenza A(H1N1) (Mexicaanse griep).
Het griepvirus duikt vooral in de winter op, omdat het gedijt bij lage temperaturen en droge lucht. Ook zitten mensen in de winter dichter bijeen. Verspreiding van het virus geschiedt via heel kleine druppeltjes in de lucht tijdens hoesten of niezen en indirect, via de handen.
Een griepprik wordt aanbevolen voor personen ouder dan 60 jaar, volwassenen en kinderen met chronische ziekten (o.a. diabetes mellitus, hart-, long- en nierziekten) en/of immuunstoornissen.
Drie nieuwe antistoffen, ontdekt door het Crucell Vaccine Institute in Leiden
en het Scripps Research Institute in Californië, leiden in de toekomst mogelijk tot een universeel griepvaccin. De antistoffen zijn echter nog niet
in productie genomen.
Ouderen en mensen met hartproblemen, een longziekte, nierziekte of suikerziekte hebben
bij griep meer kans op complicaties, zoals een longontsteking.
Als tijdens een griepseizoen
meerdere, verschillende griepvirusvarianten rondgaan,
zoals in 2018, dan kunnen
pechvogels in één winter twee
keer griep krijgen.
Naar schatting krijgt per jaar 5
tot 10 procent van de wereldbevolking griep. Tijdens grote epidemieën kan
dit oplopen tot 50 procent. In Nederland krijgen tijdens een gemiddeld griepseizoen circa een
half miljoen mensen griep.
Buikgriep is geen griep. Griep is
een ziekte van de luchtwegen en gaat gepaard met hoesten. Buikgriep is een infectieziekte in maag en/of darmen die gepaard gaat met diarree en meestal veroorzaakt wordt door een norovirus.
De tijd tussen besmet raken en ziek worden bedraagt één tot vijf dagen.
Al een dag vóór de ziekteverschijnselen ben je besmettelijk voor anderen.
Vanaf het begin van de symptomen zijn mensen drie tot vijf dagen besmettelijk.
Het griepvirus is een virus dat gemakkelijk muteert, waardoor je niet zoveel hebt aan de weerstand die je hebt opgebouwd als je in een van de voorafgaande jaren griep hebt gehad. Bij virussen als waterpokken en mazelen ben je na het doormaken van de ziekte of vaccinatie levenslang beschermd. Die mutaties zijn ook de reden waarom er nog altijd niet één algemeen vaccin is dat tegen alle varianten van griep beschermt. Griep is gewoon onvoorspelbaar. Daarom ook is het moeilijk om vooraf de juiste samenstelling van de jaarlijkse griepprik te bepalen. In het voorjaar kijken experts van de Wereldgezond-heidsorganisatie welke griepvirussen circuleren, met name op het
zuidelijk halfrond, waar het dan winter en dus griepseizoen is. Op basis daarvan maken ze een zo goed mogelijke inschatting van de samenstelling die noodzakelijk is voor de griepprik die in het najaar in West-Europa wordt gegeven. Soms is de inschatting heel redelijk, soms zitten de deskundigen ernaast.
‘Het griepvirus is
onvoorspelbaar’
Zoals het afgelopen jaar, toen Nederland te maken kreeg met een griepepidemie die maar liefst achttien weken duurde, terwijl de gemiddelde duur negen weken is. De zogeheten B-stam die in het griepvirus zat dat toen rondwaarde, zat niet in de griepprik, waardoor het vaccin maar voor circa 45 procent bescherming bood. Niet alleen het virus zelf, ook de karakteristieken van het zaaisel dat de farmaceutische industrie gebruikt om een virus op te kweken voor vaccins veranderen soms bij vermeerdering. Daar komt nog eens bij dat het testen, distribueren en toedienen van het vaccin al met al ruim een half jaar duurt, wat het produceren van een ‘actueel’ vaccin bemoeilijkt.
Er zijn wel maatregelen die je zelf kunt nemen om het risico op griep te beperken. Griep verspreidt zich door druppeltjes uit de luchtwegen:
hou dus afstand tot hoestende en niezende mensen. Al zal dat niet meevallen op het werk, in de trein
of in de supermarkt. Was ook regelmatig goed je handen en lucht liefst elke dag tien minuten je huis.
Je zou het niet zeggen tijdens een epidemie, maar griep geldt niet als een erg besmettelijk virus:
elk griepgeval leidt gemiddeld tot ‘maar’ anderhalf tot drie nieuwe gevallen. Bij mazelen zijn dat circa vijftien nieuwe gevallen! Dat er toch een griepgolf kan ontstaan, komt door de korte generatietijd:
de nieuwe gevallen volgen elkaar
snel op.” •
‘Griep verspreidt
zich door
druppeltjes uit
de luchtwegen’
Beeld: Van Lennep
we eigenlijk elk jaar griep krijgen en waarom helpt de griepprik niet altijd? Jaap van Dissel,
hoogleraar interne geneeskunde en hoofd infectieziektebestrijding bij het RIVM, legt het uit.
de loep
Beeld: Van Lennep
we eigenlijk elk jaar griep krijgen en waarom helpt de griepprik niet altijd? Jaap van Dissel,
hoogleraar interne geneeskunde en hoofd infectieziektebestrijding bij het RIVM, legt het uit.
de loep
Het griepvirus is een virus dat gemakkelijk muteert, waardoor je niet zoveel hebt aan de weerstand die je hebt opgebouwd als je in een van de voorafgaande jaren griep hebt gehad. Bij virussen als waterpokken en mazelen ben je na het doormaken van de ziekte of vaccinatie levenslang beschermd. Die mutaties zijn ook de reden waarom er nog altijd niet één algemeen vaccin is dat tegen alle varianten van griep beschermt. Griep is gewoon onvoorspelbaar. Daarom ook is het moeilijk om vooraf de juiste samenstelling van de jaarlijkse griepprik te bepalen. In het voorjaar kijken experts van de Wereldgezond-heidsorganisatie welke griepvirussen circuleren, met name op het
zuidelijk halfrond, waar het dan winter en dus griepseizoen is. Op basis daarvan maken ze een zo goed mogelijke inschatting van de samenstelling die noodzakelijk is voor de griepprik die in het najaar in West-Europa wordt gegeven. Soms is de inschatting heel redelijk, soms zitten de deskundigen ernaast.
De meest voorkomende complicaties van griep zijn bronchitis en longontsteking. Het griepvirus maakt een schaafwondje aan de binnenzijde van de luchtwegen, iets waar bacteriën graag gebruik van maken om uit te groeien. In ernstige gevallen is ziekenhuisopname noodzakelijk.
Veel mensen verwarren verkoudheid
met griep. Symptomen van verkoudheid
zijn: een loopneus, niezen, waterige ogen
en keelpijn. Deze symptomen zijn beperkt
tot het bovenste deel van de luchtwegen. Griep gaat gepaard met hoge koorts
en spierpijn.
Wordt een bovengemiddeld aantal
mensen ziek, dan spreken we van
een epidemie. Een pandemie is een wereldwijde epidemie.
Het enige bewezen middel tegen griep is vaccinatie (de griepprik). Het lichaam reageert op de prik door afweerstoffen te maken tegen het griepvirus. Ook worden er lichaamscellen tegen griep geactiveerd. Krijg je toch griep, dan word je minder ernstig ziek.
‘Het griepvirus is
onvoorspelbaar’
In de 20e eeuw waren er ernstige pandemieën in 1918 (Spaanse griep), 1957 (Aziatische griep) en in 1968 (Hongkong-griep). In 2009 deed zich een minder ernstige pandemie voor met influenza A(H1N1) (Mexicaanse griep).
Het aantal griepgevallen neemt
af naarmate de leeftijd toeneemt.
Volgens het vakblad PLOS Biology
krijgen volwassenen vanaf hun
dertigste gemiddeld twee keer
per tien jaar griep.
Griep is een luchtweginfectie die
veroorzaakt wordt door een virus.
De meest voorkomende symptomen zijn: koorts, koude rillingen, hoofdpijn, spierpijn en een droge hoest.
Zowel het virus zelf als je eigen
afweersysteem zorgt voor de pijn en lamlendigheid bij griep. Het lichaam verweert zich tegen het virus met een ontstekingsreactie, wat koorts en spierpijn veroorzaakt.
Zoals het afgelopen jaar, toen Nederland te maken kreeg met een griepepidemie die maar liefst achttien weken duurde, terwijl de gemiddelde duur negen weken is. De zogeheten B-stam die in het griepvirus zat dat toen rondwaarde, zat niet in de griepprik, waardoor het vaccin maar voor circa 45 procent bescherming bood. Niet alleen het virus zelf, ook de karakteristieken van het zaaisel dat de farmaceutische industrie gebruikt om een virus op te kweken voor vaccins veranderen soms bij vermeerdering. Daar komt nog eens bij dat het testen, distribueren en toedienen van het vaccin al met al ruim een half jaar duurt, wat het produceren van een ‘actueel’ vaccin bemoeilijkt.
Er zijn wel maatregelen die je zelf kunt nemen om het risico op griep te beperken. Griep verspreidt zich door druppeltjes uit de luchtwegen: hou dus afstand tot hoestende en niezende mensen. Al zal dat niet meevallen op het werk, in de trein of in de supermarkt. Was ook regelmatig goed je handen en lucht liefst elke dag tien minuten je huis. Je zou het niet zeggen tijdens een epidemie, maar griep geldt niet als een erg besmettelijk virus: elk griepgeval leidt gemiddeld tot ‘maar’ anderhalf tot drie nieuwe gevallen. Bij mazelen zijn dat circa vijftien nieuwe gevallen! Dat er toch een griepgolf kan ontstaan, komt door de korte generatietijd: de nieuwe gevallen volgen elkaar snel op.”•
‘Juist van
pijnstillers kun je hoofdpijn krijgen’
Het griepvirus duikt vooral in de winter op, omdat het gedijt bij lage temperaturen en droge lucht. Ook zitten mensen in de winter dichter bijeen. Verspreiding van het virus geschiedt via heel kleine druppeltjes in de lucht tijdens hoesten of niezen en indirect, via de handen.
Een griepprik wordt aanbevolen voor personen ouder dan 60 jaar, volwassenen en kinderen met chronische ziekten (o.a. diabetes mellitus, hart-, long- en nierziekten) en/of immuunstoornissen.
Drie nieuwe antistoffen, ontdekt door het Crucell Vaccine Institute in Leiden
en het Scripps Research Institute in Californië, leiden in de toekomst mogelijk tot een universeel griepvaccin. De antistoffen zijn echter nog niet in productie genomen.
Ouderen en mensen met hartproblemen, een longziekte, nierziekte of suikerziekte hebben
bij griep meer kans op complicaties, zoals een longontsteking.
Als tijdens een griepseizoen
meerdere, verschillende griepvirusvarianten rondgaan,
zoals in 2018, dan kunnen
pechvogels in één winter twee
keer griep krijgen.
Naar schatting krijgt per jaar 5
tot 10 procent van de wereldbevolking griep. Tijdens grote epidemieën kan
dit oplopen tot 50 procent. In Nederland krijgen tijdens een gemiddeld griepseizoen circa een
half miljoen mensen griep.
Buikgriep is geen griep. Griep is
een ziekte van de luchtwegen en gaat gepaard met hoesten. Buikgriep is een infectieziekte in maag en/of darmen die gepaard gaat met diarree en meestal veroorzaakt wordt door een norovirus.
De tijd tussen besmet raken en ziek worden bedraagt één tot vijf dagen.
Al een dag vóór de ziekteverschijnselen ben je besmettelijk voor anderen.
Vanaf het begin van de symptomen zijn mensen drie tot vijf dagen besmettelijk.